Read De Kaart En Het Gebied Online

Authors: Michel Houellebecq

De Kaart En Het Gebied (10 page)

BOOK: De Kaart En Het Gebied
5.68Mb size Format: txt, pdf, ePub
ads

De volgende dag bracht hij de eerste vuilniszakken naar beneden, demonteerde toen langzaam en minutieus zijn technische camera en borg de balg, de matglazen, de objectieven, de digitale achterwand en de body van het toestel in hun koffertjes. Het weer in de Parijse regio bleef erg mooi. Halverwege de middag zette hij zijn televisie aan om de proloog van de Tour de France te volgen, die werd gewonnen door een vrijwel onbekende Oekraïense renner. Toen het apparaat weer uitstond bedacht hij dat hij waarschijnlijk Patrick Forestier moest opbellen.

De directeur communicatie van de groep Michelin France ontving het nieuws zonder echte emotie. Als Jed besloot geen foto's van Michelinkaarten meer te maken, kon niets hem dwingen om door te gaan; hij mocht op elk moment stoppen, dat stond expliciet zo in het contract. In feite leek het hem nauwelijks iets te kunnen schelen, en Jed was zelfs verbaasd dat hij een afspraak voor de volgende ochtend voorstelde.

.

Vlak na zijn aankomst op het kantoor aan de Avenue de la Grande-Armée begreep hij dat Forestier eigenlijk zijn hart wilde uitstorten, zijn beroepsmatige zorgen aan een gewillig oor wilde toevertrouwen. Door Olga's overplaatsing was hij een intelligente, toegewijde, meertalige medewerkster kwijtgeraakt; en je zou het haast niet geloven, maar vooralsnog werd hem niemand ter vervanging aangeboden. Hij had zich 'totaal laten naaien' door de hoofddirectie, zoals hij het zelf verbitterd uitdrukte. Natuurlijk ging ze naar Rusland terug, natuurlijk was dat haar land, natuurlijk kochten die klote-Russen miljarden banden, met hun slechte klotewegen en hun stomme kloteklimaat, maar Michelin bleef toch een Frans bedrijf, en nog maar een paar jaar geleden zou het allemaal heel anders zijn gegaan. Tot voor kort waren de desiderata van de Franse tak bevelen of werden ze althans bijzonder aandachtig in overweging genomen, maar sinds buitenlandse institutionele beleggers een meerderheid in het kapitaal van de groep hadden verworven, was dat allemaal verleden tijd. Ja, het was nu allemaal anders, herhaalde hij met een cynische glimlach, natuurlijk legden de belangen van Michelin France niet veel gewicht in de schaal vergeleken met Rusland, om nog maar te zwijgen van China, inaar als het zo doorging zou hij zich serieus moeten gaan afvragen of hij niet beter bij Bridgestone kon aankloppen, of zelfs bij Goodyear. Nou ja dat zeg ik u in vertrouwen, voegde hij eraan toe, geschrokken van zijn eigen woorden.

Jed beloofde te zullen zwijgen als het graf en probeerde het gesprek op zijn eigen situatie terug te brengen. 'O ja, de website...' Forestier leek zich die nu pas weer te herinneren. 'Goed, dan zetten we er een bericht op dat u deze reeks werken als afgesloten beschouwt. De eerdere afdrukken blijven beschikbaar, hebt u daar geen bezwaar tegen?'Jed had geen enkel bezwaar. 'Overigens is er niet veel meer over, het werk heeft heel goed verkocht...' vervolgde hij op een toon waarin weer een sprankje optimisme gloorde. 'We zullen ook in onze communicatie blijven vermelden dat de kaarten van Michelin aan de basis hebben gelegen van een kunstproject dat unanieme lof van de kritiek heeft geoogst, hebt u daar ook geen probleem mee?' Daar had Jed geen enkel probleem mee.

Forestier was helemaal opgemonterd toen hij hem naar de deur van zijn kantoor begeleidde, en terwijl hij hem hartelijk de hand schudde besloot hij: 'Ik ben blij dat ik u heb leren kennen. Het was win-win tussen ons, absoluut win-win.'

10

Een aantal weken gebeurde er niets, of ongeveer het equivalent van niets, tot Jed op een ochtend, toen hij terugkwam met zijn boodschappen, een figuur van een jaar of vijftig, gekleed in een spijkerbroek en een oude leren jas, voor de ingang van zijn flat zag staan; hij leek daar al een hele tijd te hebben gewacht.

'Dag...' zei hij. 'Neem me niet kwalijk dat ik u zo aanspreek, maar ik kon geen andere manier bedenken. Ik heb u al verschillende keren zien lopen in de buurt. U bent toch Jed Martin?'

Jed knikte. De ander klonk als een ontwikkeld man, een geoefend spreker; hij leek op een Belgische situationist, of op een proletarische intellectueel - maar dan wel een die Arrow-over-hemden droeg; toch kon je vermoeden dat hij inderdaad met zijn handen had gewerkt, die er sterk en verweerd uitzagen.

'Ik ken uw werk op basis van wegenkaarten goed, ik heb het bijna vanaf het begin gevolgd. Ik zit hier ook in de wijk.' Hij stak hem een hand toe. 'Ik heet FranzTeller. Ik ben galeriehouder.'

.

Op weg naar zijn galerie in de Rue de Domrémy (hij had een ruimte gekocht vlak voordat de wijk min of meer in de mode raakte; dat was, zei hij, een van de weinige goede ideeën van zijn leven geweest) stopten ze in de Rue du Chateau-des-Rentiers om iets te drinken in café Chez Claude, dat later hun stamkroeg zou worden en Jed de stof voor zijn tweede schilderij in de 'reeks elementaire beroepen' zou verschaffen. Het etablissement bleef hardnekkig glazen rode tafelwijn en broodjes paté met augurk serveren aan de laatste 'volkse' gepensioneerden van het dertiende arrondissement. Een voor een gingen ze dood, met de regelmaat van de klok, zonder dat er nieuwe klanten voor in de plaats kwamen.

'Ik heb in een artikel gelezen dat sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog vier op de vijf Franse cafés zijn verdwenen,' merkte Franz op, terwijl hij een blik door de gelagkamer liet gaan. Niet ver van hen vandaan zaten vier gepensioneerden zwijgend te kaarten aan een formica tafeltje, volgens onbegrijpelijke regels die wel uit de prehistorie van het kaartspel moesten dateren (klaverjassen,
piket}).
Verderop sloeg een dikke vrouw met een roodgevlekt gezicht in één teug haar pastis achterover. 'Iedereen luncht nu in een halfuur, en er wordt steeds minder gedronken; het rookverbod is de nekslag geweest.'

'Ik denk dat het wel terugkomt, in een andere vorm. Er is een lange historische fase van productievergroting geweest, maar die loopt nu ten einde, in het Westen in elk geval.'

'U hebt echt een vreemde kijk op de dingen...' zei Franz, nadat hij hem langdurig had aangekeken. 'Ik vond uw werk op basis van Michelinkaarten interessant, echt interessant. Toch zou ik u niet in mijn galerie hebben opgenomen. U was volgens mij te zeker van uzelf, dat leek me niet helemaal normaal voor zo'n jong iemand. En toen ik op internet las dat u had besloten te stoppen met de kaartenreeks, besloot ik u op te zoeken om u mijn diensten aan te bieden. Ik zou u graag willen vertegenwoordigen.'

'Maar ik weet absoluut niet wat ik ga doen. Ik weet niet eens of ik wel doorga in de kunst.'

'U begrijpt het niet...' zei Franz geduldig. 'Wat mij interesseert is niet een bepaalde kunstvorm, een
manier
, maar een persoonlijkheid, een kijk op de kunstzinnige handeling, op de plaats ervan in de samenleving. Als u morgen kwam aanzetten met een simpel velletje papier uit een spiraalschrift, met daarop geschreven: "Ik weet niet eens of ik wel doorga in de kunst", zou ik dat blaadje zonder aarzelen exposeren. En toch ben ik geen intellectueel; maar u interesseert mij.'

'Nee, nee, ik ben geen intellectueel,' benadrukte hij. 'Ik probeer min of meer de komische look van een intellectueel uit de chique buurten te hebben, want dat is handig in mijn milieu, maar ik ben er geen, ik heb niet eens de middelbare school afgemaakt. Ik ben begonnen met het opbouwen en afbreken van tentoonstellingen, vervolgens heb ik deze kleine ruimte gekocht, en met een paar kunstenaars heb ik in de roos geschoten. Maar ik heb mijn keuzes altijd puur intuïtief gemaakt.'

.

Daarna bezochten ze de galerie, die groter was dan Jed had gedacht, met een hoog plafond en betonnen wanden die werden gestut door kleine metalen balken. 'Het was een constructiewerkplaats,' zei Franz. 'Midden jaren 80 zijn ze failliet gegaan, daarna heeft het vrij lang leeggestaan, tot ik het heb gekocht. Het was een enorme klus om alles schoon te krijgen, maar het was de moeite waard. Het is een mooie ruimte, vind ik.'

Jed knikte. De verplaatsbare scheidingspanelen waren aan de kant gezet, zodat de expositievloer de maximale omvang had -dertig bij twintig meter. De ruimte stond op dat moment vol met grote sculpturen van donker metaal, waarvan de behandeling geïnspireerd had kunnen zijn op de traditionele Afrikaanse beeldhouwkunst, terwijl de onderwerpen duidelijk het Afrika van nu voor de geest riepen: alle personages lagen op sterven of moordden elkaar uit met kapmessen en kalasjnikovs. Die combinatie van de gewelddadige handelingen en de verstarde expressie van de handelende personen had een bijzonder sinister effect.

'Voor de opslag,' ging Franz verder, 'heb ik een loods in de Eure-et-Loir. De luchtvochtigheid is niet fantastisch, beveiliging is er niet, kortom het zijn erg slechte opslagcondities; inaar tot nu toe heb ik geen problemen gehad.'

Toen ze een paar minuten later afscheid namen, was Jed volkomen in de war. Voordat hij naar huis ging zwierf hij langdurig door Parijs, tot twee keer toe raakte hij zelfs verdwaald. En dat werd de weken daarna zijn dagelijkse routine, hij ging naar buiten en liep doelloos door de straten van de stad, die hij eigenlijk maar slecht kende, af en toe nam hij even pauze in een brasserie om zich te oriënteren, meestal had hij een kaart nodig.

.

Op een middag in oktober, toen hij door de Rue des Martyrs liep, werd hij plotseling bevangen door een obscuur vertrouwd gevoel. Iets verderop, herinnerde hij zich, was de Boulevard de Clichy met zijn seksshops en boetiekjes met erotische lingerie. Zowel Geneviève als Olga vond het leuk om af en toe erotische kleding te kopen in zijn gezelschap, maar over het algemeen gingen ze naar Rebecca Ribs, een heel eind verder op de boulevard, nee het was iets anders.

Hij bleef stilstaan op de hoek van de Avenue Trudaine, keek naar rechts en wist het. Een paar meter verderop was het kantoor waar zijn vader de laatste jaren werkte. Hij was er maar één keer geweest, vlak na het overlijden van zijn grootmoeder. Het architectenbureau had toen net zijn nieuwe onderkomen betrokken. Na het contract voor het cultureel centrum van Port-Ambonne hadden ze de noodzaak van een
statusverhoging
gevoeld, het hoofdkantoor moest nu in een
herenhuis
worden gevestigd, bij voorkeur aan een
geplaveide binnenplaats,
desnoods aan een
lommerrijke laan.
En de brede Avenue Trudaine, waarvan de rijen platanen een welhaast provinciaalse rust uitstraalden, paste perfect bij een architectenbureau van enige faam.

Jean-Pierre Martin was de hele middag in bespreking, deelde de receptioniste hem mee. 'Ik ben zijn zoon,' drong Jed zachtjes aan. Ze aarzelde en pakte haar telefoon.

Een paar minuten later kwam zijn vader in hemdsmouwen en met losgeknoopte stropdas de hal binnen stormen, met een dunne map in zijn hand. Hij snoof van opwinding.

'Wat is er aan de hand? Is er een ongeluk gebeurd?'

'Nee hoor. Ik was gewoon in de buurt.'

'Ik heb het nogal druk, maar... wacht even. Laten we buiten een kop koffie drinken.'

Het bedrijf zat in een moeilijke periode, legde hij Jed uit.

Het nieuwe kantoor kostte veel geld, en ze waren een belangrijk contract voor de renovatie van een beach resort aan de Zwarte Zeekust misgelopen, hij had net een harde aanvaring met een van de vennoten gehad. Hij ademde nu regelmatiger en kwam langzaam tot rust.

'Waarom stap je er niet uit?' vroeg Jed. Zijn vader keek hem aan zonder te reageren, met een volstrekt onbegrijpende blik.

'Ik bedoel, je hebt flink veel geld verdiend. Je zou best kunnen stoppen, een beetje van het leven genieten.' Zijn vader keek hem nog altijd strak aan, alsof zijn woorden niet tot zijn geest doordrongen, of alsof hij er geen betekenis aan kon geven, tot hij zeker een minuut later antwoordde: 'Maar wat zou ik dan moeten doen?' en zijn stem klonk als die van een verdwaald kind.

.

De lente is in Parijs vaak gewoon een voortzetting van de winter - regenachtig, koud, modderig en goor. De zomer is er meestal onaangenaam: de stad is lawaaierig en stoffig, de grote warmte houdt nooit lang stand en eindigt na een paar dagen in onweer, waarna er een abrupte afkoeling volgt. Alleen in de herfst is Parijs echt een aangename stad, met zonnige, korte dagen waarin de droge, heldere lucht een prikkelend gevoel van frisheid achterlaat. De hele maand oktober bleef Jed zijn wandelingen maken, als de naam wandeling nog van toepassing was op een haast automatisch voortbewegen waarbij geen enkele indruk van buitenaf tot de hersenen doordrong en geen enkel denkbeeld of plan ze kwam vullen, een voortbewegen dat geen enkel ander doel had dan te zorgen dat hij 's avonds moe genoeg was.

Op een middag begin november, tegen vijven, stond hij ineens voor het appartement in de Rue Guynemer waar Olga had gewoond. Dat moest een keer gebeuren, zei hij bij zichzelf: in de val gelokt door zijn automatismen had hij de route gevolgd die hij maandenlang elke dag had genomen, op ongeveer hetzelfde tijdstip. Naar adem snakkend liep hij terug naar de Jar-din du Luxembourg, waar hij op het eerste het beste bankje in elkaar zakte. Hij bevond zich vlak naast het merkwaardige roodbakstenen, met mozaïeken versierde gebouwtje dat op een van de hoeken van de tuin staat, waar de Rue Guynemer de Rue d'Assas kruist. In de verte zette de ondergaande zon de kastanjebomen in een ongewone, oranjeachtige gloed - haast indisch geel, dacht Jed, en onwillekeurig kwam de tekst van
Jardin du Luxembourg
bij hem op:

Alweer een dag

Zonder liefde

Alweer een dag

Van mijn leven

Het Luxembourg

Is gebleven

Maar lijkt zo oud

Of ben ik het?

Zie ik het fout?

Zoals veel Russen was Olga gek op Joe Dassin, vooral op de liedjes van zijn laatste plaat, met hun gelaten, lucide melancholie. Jed rilde, voelde een onbedwingbare huilbui opkomen en barstte in tranen uit toen hij zich de tekst van
Ha die tortelduifjes
herinnerde.

BOOK: De Kaart En Het Gebied
5.68Mb size Format: txt, pdf, ePub
ads

Other books

Oh. My. Gods. by Tera Lynn Childs
Elizabeth: The Golden Age by Tasha Alexander
The Cupcake Queen by Heather Hepler
VelvetValentines by VJ and Sierra Summers
Finding Alana by Meg Farrell